Wat en voor wie?
Gespecialiseerde revalidatie wordt aangeboden aan personen die problemen ervaren ten gevolge van een niet-aangeboren hersenletsel of een andere neurologische aandoening. Deze stoornissen en beperkingen kunnen van motorische (evenwichtsproblemen, verlies van spierkracht, problemen met stappen, fijn motorische problemen,…) of niet-motorische aard (problemen met aandacht en concentratie, geheugenproblemen, visuele problemen,…) zijn. Ze kunnen veroorzaakt worden door een ongeval, beroerte, infectie, ruimte innemende proces, multiple sclerose, ziekte van Parkinson, Guillain Barré,…
Verloop
De inhoud, frequentie en duur van het revalidatieprogramma zijn afhankelijk van de ernst van het letsel, maar ook van de algemene gezondheidstoestand van de patiënt. De revalidatie omvat zowel oefeningen, als gerichte informatie en advies. Het programma kan worden aangeboden tijdens opname, maar daarnaast is ook opvolging mogelijk in het ambulant revalidatiecentrum.
Bij aanvang van de revalidatie gebeurt er een multidisciplinair onderzoek waarbij de patiënt zijn mogelijkheden en beperkingen in kaart worden gebracht. Op basis hiervan worden de persoonlijke revalidatiedoelstellingen geformuleerd. In de loop van de revalidatie worden deze doelstellingen tevens op periodieke basis geherevalueerd.
Multidisciplinaire aanpak
De revalidatie wordt aangeboden door een multidisciplinair team, bestaande uit kinesitherapeuten, ergotherapeuten, logopedisten, een sociaal verpleegkundige en een psychologe. Aan het hoofd van dit team staan de revalidatieartsen. Afhankelijk van de patiënt zijn revalidatienood, worden onderstaande disciplines ingeschakeld in het revalidatieproces:
De kinesitherapeut richt zich in het algemeen op het herstel van de motorische functies. Hierbij staat de functionaliteit voorop. Diverse manuele technieken en behandelmethoden worden gehanteerd.
De ergotherapeut richt zich niet enkel op de stoornissen en beperkingen die het direct gevolg zijn van de neurologische aandoening, maar ook op de praktische gevolgen ervan bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten. De belangrijkste doelstelling is dat mensen zo optimaal mogelijk kunnen functioneren in hun eigen woon-, leef- en werkomgeving. Ook hier worden diverse vormen van therapie aangeboden.
De logopedist gaat eerst na in welke mate de spraak, taal, cognitieve functie (bv. geheugen, concentratie,…) en/of het slikken gestoord zijn. Tijdens de revalidatiefase worden hoofdzakelijk het communicatief en/of cognitief disfunctioneren en de eventuele slikproblemen behandeld.
De psychologe zal de gevolgen van het hersenletsel op het functioneren onderzoeken aan de hand van gerapporteerde klachten en diagnostisch materiaal. Indien er cognitieve problemen zijn (bv. concentratieproblemen), wordt er cognitieve training opgestart. Daarnaast biedt de psycholoog emotionele ondersteuning aan de patiënt en, indien gewenst, aan zijn of haar naaste omgeving.
De sociaal verpleegkundige zorgt voor de psychosociale ondersteuning van de patiënt en zijn omgeving. Dit omvat onder meer de ondersteuning van de thuissituatie, organisatie van het vervoer naar en van het revalidatiecentrum, ondersteuning bij sociaal administratieve problemen (vervoer, rijgeschiktheid, …) en het nagaan van eventuele financiële tegemoetkomingen (sociale zekerheid, uitkeringen, …).