Dokter De Potter: “PFA is een techniek waarbij er een pulserend elektrisch veld rondom de pulmonale venen wordt gecreëerd, en dat zich in één moment kan ontladen, waardoor het beoogde litteken op het hartweefsel meteen is aangebracht. Deze technologie is eigenlijk al meer dan twintig jaar in ontwikkeling, maar pas de laatste jaren zijn de grote biotechnologieontwikkelaars aan de kar gaan trekken. Wij werden aangezocht door Biosense Webster, een dochteronderneming van Johnson & Johnson, om de “First In Man”-procedure met hun technologie te verzorgen. Hoewel het principe van PFA door meerdere firma’s wordt ontwikkeld, lijkt het systeem van Biosense Webster het meest geavanceerde. Het was dan ook een hele eer om de eerste procedure op een patiënt in de wereld te mogen uitvoeren. Biosense Webster is de onbetwiste marktleider in het gebied van ablatietechnologie en heeft dan ook alles op alles gezet om ook voor deze nieuwe innovatie die leiderspositie te kunnen behouden. We geloven dan ook sterk in de oplossing die ontwikkeld werd.
Dokter De Potter: “Zowel bij PFA als bij RF-ablatie wordt er gebruik gemaakt van een katheter die via de lies wordt opgevoerd naar de gewenste plek in het hart. De juiste locatie wordt telkens via een 3D navigatiesysteem bepaald (het CARTO-systeem). Ook op het vlak van 3D beeldvorming en 3D navigatie heeft ons centrum als pioneer over de jaren heen een robuuste expertise opgebouwd. Het verschil zit in de techniek of de energiebron die wordt gebruikt, om het litteken aan te brengen. Bij RF-ablatie wordt dat litteken als het ware puntje per puntje op het hartweefsel gebrand. Daarbij komt dus ook hitte vrij, die dus ook het omringende weefsel kan opwarmen en mogelijk zelfs lichte schade aan het omliggende weefsel kan veroorzaken als de ingreep niet voorzichtig uitgevoerd wordt. Daardoor worden we bij deze techniek in feite beperkt in de energie die we kunnen gebruiken, juist omwille van bezorgdheid voor dat omliggende weefsel. Bij PF-ablatie creëren we een pulserend elektrisch veld rond de beoogde plek op het hartweefsel, dat we dan laten ontladen. Deze techniek heeft als unieke eigenschap dat ze veel preciezer is – er is namelijk enkel een effect op het hartspierweefsel, en dus géén effect heeft op het omliggende weefsel. Het risico op ongewenste schade aan bijvoorbeeld omliggende zenuwen of bijvoorbeeld de slokdarm wordt hiermee uitgeschakeld, wat zou betekenen dat deze techniek dus tegelijk veiliger en efficiënter kan zijn voor de patiënt. "