Binnen de dienst Vaat- en thoraxheelkunde van het OLV Ziekenhuis voert dokter Roel Beelen sinds 2011 jaarlijks 20 tot 25 ingrepen uit met robotondersteuning. Het indicatiegebied is in deze medische discipline niet zo ruim als in bijvoorbeeld urologie. Maar hij ziet in de toekomst een belangrijke rol weggelegd voor robotondersteuning bij uniportal thoracale procedures. Bij endovasculaire technieken valt er in de toekomst veel te verwachten van endovasculaire micro-robots of nanobots.
Als het over robotica in de chirurgie gaat, valt het me op dat u een onderscheid maakt tussen de toepassingen in de thoraxheelkunde en in de vaatheelkunde. Klopt dat?
Dokter Roel Beelen, diensthoofd Vaat- en thoraxheelkunde: "Dat klopt. In de vaatheelkunde wordt de robot momenteel vooral ingezet in nichegebieden zoals de behandeling van afgeknelde aders of zenuwbanen weg te nemen zoals bij een Thoracic Outlet of TOS-syndroom . In de thoraxheelkunde is de robot vooral nuttig bij het weghalen van tumoren in kleine ruimten van het mediastinum.
Laten we dan starten bij de toepassingen in de vaatheelkunde. Daar gaat het om een beperkter indicatiegebied, zegt u?
Dokter Beelen: “In de strikte zin van het woord is er binnen de vaatheelkunde geen indicatie voor robotondersteuning. De robot kan bijvoorbeeld wel gebruikt worden om een afknelling van de armslagader op te lossen door de eerste rib weg te nemen. Dankzij een techniek met robotondersteuning kan het Thoracic Outlet-syndroom (TOS), ook wel schoudergordelsyndroom genoemd, minimaal invasief behandeld worden. Ook bij patiënten met de ziekte van Burger, kunnen we de robot inzetten. Bij deze aandoening zijn kleine bloedvaten beschadigd, waardoor er pijn en wonden ontstaan ter hoogte van de vingers. We kunnen dan een selectieve thoracale sympathectomie uitvoeren met ondersteuning van de robot, waardoor de kleine, collaterale bloedvaatjes in de hand terug opengaan en de klachten verbeteren. Een zelfde procedure kan ook worden uitgevoerd bij patiënten met het fenomeen van Raynaud . Dat is een vaataandoening waarbij de bloedtoevoer stopt naar de vingers of tenen. Dit zorgt voor gevoelloze, verkleurde vingers of tenen. Dergelijke behandeling wordt ook uitgevoerd bij zweethanden of zweetoksels.”
In de thoraxheelkunde vermeldt u de resectie van tumoren met behulp van de robot. Kunt u dat wat nader toelichten?
Dokter Beelen: “Vooral bij complexe tumoren in het mediastinum – rond hart en bloedvaten – biedt de Da Vinci-robot gezien zijn driedimensionale beweeglijkheid in kleine ruimtes een absolute meerwaarde. We spreken dan over RATS, wat staat voor Robot-Assisted Thoracic Surgery – dit in tegenstelling tot de klassieke endoscopische VATS of Video-Assisted Thoracic Surgery. Momenteel verloopt een VATS-ingreep meestal nog via meerdere kleinere incisies, waarlangs de verschillende instrumenten en de camera in het lichaam worden gebracht. Binnen onze discipline wint echter de uniportal VATS steeds meer aan belang. Zoals de term uniportal aangeeft, wordt slechts één enkele incisie van enkele centimeters tussen de ribben gemaakt, waarlangs we met alle werkinstrumenten toegang krijgen. Bij het uitvoeren van dergelijke uniportal procedures biedt het gebruik van de robot, door zijn grote bewegingsmogelijkheden in de borstkas, veel meer mogelijkheden ten opzichte van de conventionele VATS. Ik heb ondertussen ik al een aantal van dergelijke procedures uitgevoerd, en uniportal RATS zal volgens mij op korte termijn uitgroeien tot een breed toegepaste techniek in onze discipline.
Over welke robot gaat het bij uniportal VATS?
Dokter Beelen: “Op dit moment kan enkel de Da Vinci-robot van de firma Intuitive hiervoor worden ingezet, en beantwoordt hiervoor ook aan alle vereisten. Het Hugo RAS-systeem van Medtronic heeft nog geen thoracale certificatie en kan hier dus nog niet worden ingezet. Ik kan dan ook geen vergelijking tussen beide toestellen maken. Maar de komst van nieuwe robotsystemen zal allicht leiden tot een enorme vooruitgang op het vlak van de uniportal systemen in de thoracale heelkunde. Een andere grote progressie zal volgens mij ook komen van innovaties voor bepaalde randinstrumenten, zoals stapling devices – chirurgische nietjesmachines, zeg maar. De stapling devices voor robotchirurgie staan momenteel nog niet op het niveau van de endoscopisch gebruikte staplers, maar deze achterstand wordt razendsnel goedgemaakt.”
Staat er in de vaatheelkunde een gelijkaardige innovatie op stapel?
Dokter Beelen: “Daar is de toepassing van robots op een ander vlak te verwachten. Endovasculaire heelkunde is al een hele vooruitgang ten opzichte van de open chirurgie. Bij een endovasculaire behandeling wordt een ader of slagader niet via een operatie vrij gelegd, maar behandelen we het probleem van het bloedvat door de ader of slagader aan te prikken. Hierbij is er geen nood om een operatierobot zoals de Da Vinci of de Hugo RAS in te zetten. Er zijn wel al specifieke endovasculaire robots ontwikkeld, zoals de Corindus-robot die door onze collega’s van het Hartcentrum OLV Aalst wordt gebruikt bij percutane coronaire interventies (PCI). Het is nog niet echt duidelijk of er echt een medisch voordeel aan vast zit ten opzichte van de huidige endovasculaire technieken. Toch zal ook hier de technologie niet stilstaan en wordt waarschijnlijk in de nabije toekomst een vernauwing van een bloedvat gerepareerd door een autonome endovasculaire micro-robot of nanobot die in de bloedvaten ingebracht wordt of welke reeds circuleert op voorhand.
Word vervolgd?
Dokter Beelen: “Inderdaad. De medische wetenschap en de technologische ontwikkeling evolueren steeds verder. Wij volgen al deze evoluties op de voet en introduceren deze innovaties van zodra er een meerwaarde voor de patiënt is aangetoond.”