Het schoudergewricht is heel mobiel, maar daardoor ook minder stabiel van zichzelf. Het stevige gewrichtskapsel is sterk vergroeid met de gewrichtsbanden (ligamenten) en de pezen, waardoor de kop van de schouder toch in de kom kan gehouden worden.
Bij sommige mensen is dit gewrichtskapsel van bij de geboorte te laks, waardoor de schouder spontaan (gedeeltelijk) kan ontwrichten. Dit gebeurt dan meestal in vrijwel alle richtingen en bij normale bewegingen. Bij aangeboren schouderinstabiliteit kan de patiënt meestal zelf de schouder terug in de kom brengen. De behandeling is vrijwel steeds niet-operatief en omvat voornamelijk oefentherapie, die door een kinesitherapeut worden aangeleerd en levenslang moeten uitgevoerd worden. In uitzonderlijke gevallen wordt een operatie uitgevoerd om het kapsel kleiner te maken, maar herval nadien is helaas geen uitzondering.
De meeste gevallen van schouderinstabiliteit zijn post-traumatisch. Bij een ruime beweging van de arm of een plotse klap op de schouder kan de schouder uit de kom geraken. Dit gaat gepaard met hevige pijn en de onmogelijkheid de arm nog te bewegen. De schouder moet dan voorzichtig terug in de kom getrokken worden. Na enkele minuten geraken de spieren rond de schouder zo verkrampt, dat de patiënt in het ziekenhuis vaak onder narcose moet gebracht worden om een reductie te bekomen. Nadien wordt de arm enkele weken in een verband gedragen, waarna spierversterkende oefeningen worden gestart zodra de pijn dit toelaat. In sommige gevallen gaat de ontwrichting gepaard met een botbreuk en dan verloopt de revalidatie natuurlijk langer. Dit is ook het geval indien er zenuwbeschadiging is opgetreden tijdens de ontwrichting.
Indien schouderontwrichtingen zich herhalen ondanks spierversterkende oefeningen en hinderlijk zijn bij het sporten of zelfs in het dagelijks leven, dringt een stabiliserende operatie zich op. Een speciale scan met contraststof dient uit te wijzen waar de oorzaak van de instabiliteit zich bevindt. Meestal kan met een kijkoperatie het kapsel ingekort en verstevigd worden, zodat er geen nieuwe ontwrichtingen meer optreden. Sporthervatting kan echter pas 6 maanden na de operatie.